
Nederlands
Nederlands
5 STARTVOORBEREIDING
Mogelijke stuurmethoden voor de X Spy
De X Spy kan zowel met de meegeleverde zender als met de eigen smartphone
worden bestuurd. Het is afhankelijk van de inschakelvolgorde of de quadrocopter aan
de smartphone of aan de zender wordt gekoppeld. De quadrocopter moet in elk geval
steeds als eerste worden ingeschakeld. Daarna schakelt u de zender in of meldt u zich
aan bij het wifi-netwerk van de X-Spy.
Benodigde app
Download de app genaamd ‚Revell-XSpy‘ uit de Apple/Play Store. Let op: onder
bepaalde omstandigheden is de app niet zichtbaar voor iPad-gebruikers. Kies de optie
„iPhoneApps“omdeappweertelatengeven.Brengvoorhetstartenvandeapp
eerst de draadloze verbinding met de X Spy tot stand.
(A) Als u de X Spy met de zender wilt besturen, schakelt u eerst de quadrocopter
in door de accu aan te sluiten. Schakel daarna pas de zender in. Zorg ervoor dat de
liftkrachtregelaarvandezenderhelemaalnaarbenedenstaat.Wanneerutweekorte
geluidssignalen hoort, is de verbinding gemaakt en de zender geactiveerd.
Als u het videobeeld naar de smartphone wilt streamen, kunt u nu de smartphone met
het wifi-netwerk van de quadrocopter verbinden. Start vervolgens de app. Het beeld
vandecameravandequadrocopterheefteenresolutievan640x480pixels.
(B) Als u de X Spy met de smartphone wilt besturen, schakelt u eerst de quadrocopter
in. Na ongeveer 30 seconden is de wifi-verbinding opgebouwd en kan de smartphone
met het wifi-netwerk van de X Spy worden verbonden. Neem de instructies van de
fabrikant van de smartphone in acht om u aan te melden bij het wifi-netwerk. Nu kan
de X Spy naar keuze met de op de display weergegeven besturingsregelaars of door
middel van de kantelsensoren van de smartphone.
Antenne uitklappen
Maak voor het vliegen de antenne los uit zijn houder en zet hem recht naar beneden
om de ontvangst te optimaliseren.
1A Landingspoot met rubberkapje
1B Motoren
1C Beschermring
1D Camera en wifi-zender
1E Antenne
1F Accuvakafdekking
1 MULTICOPTER
4 OPLADEN VAN DE MULTICOPTER
Let op: vóór het opladen en na elke vlucht moeten de accu en de motoren steeds
15 tot 30 minuten afkoelen, anders kunnen deze onderdelen beschadigd raken. Bij
het laden moet steeds toezicht worden gehouden. Laad de accu steeds op op een
vuurvaste ondergrond en in een brandveilige omgeving.
•Koppeldeacculosvandemulticopter,schakeldezenderuitensteekdeladerineen
stopcontact. De controle-led op de lader brandt groen (4A).
•Trekdeaccuuitdeaccuschacht(nietaanhetsnoervasthouden!)(4B).
•Verbinddeaccumetdelader.Lethierbijopdejuistepolariteit.Gebruikgeengeweld.
Wanneerhetladenbegint,brandtdeledopdeladerrood(4C).
•Hetladenduurtongeveer100minutenenmoetsteedsindegatenworden
gehouden.Wanneerdeaccuisopgeladen,gaatderodeledopdeladeruit.
•Koppel na het laden de accu los van de lader en trek de lader uit het stopcontact.
Na een laadtijd van 100 minuten kan de multicopter ca. 5 minuten vliegen.
Waarschuwing: De accu wordt gewoonlijk niet warm tijdens het laden. Als de accu
toch warm of zelfs heet wordt en/of er veranderingen aan het oppervlak te zien zijn,
moet het laden onmiddellijk worden afgebroken!
3 BATTERIJEN PLAATSEN
3A Til de vergrendeling
een beetje op om de
afdekking te openen.
3B Plaats4AA-batterijen
van 1,5 V. Let op
de juiste richting
van de polen, zoals
aangegeven in het
batterijvak.
3C Sluit de afdekking
weer.
2 ZENDER
2A Trimknop voor draaiing
2B Stuurknuppel voor
liftkracht en draaiing
2C Geen functie
2D Geen functie
2E Geen functie
2F Houder voor
smartphone
2G Power-led
2H Trimknoppen voor voor-
en achteruit
2I Turbo-knop
2J Flip-knop
2K Stuurknuppel voor
voor-, achteruit en
zijwaarts vliegen
2L Trimregeling voor
zijwaarts vliegen
2M ON/OFF-schakelaar
2N Klemschroef houder
2O Klemschroef houder
2P Veerspantang voor
smartphones
2Q Batterijvakafdekking
6 TRIMMEN VAN DE BESTURING
Voor een goed vlieggedrag van de multicopter is het noodzakelijk dat de besturing
juist is getrimd. Het afstellen van de trim is eenvoudig, maar er is wel wat geduld
en gevoel voor vereist. Neem de volgende aanwijzingen in acht: Beweeg de
liftkracht regelaar voorzichtig naar boven en laat de multicopter opstijgen tot een
hoogte van 0,5 à 1 meter.
6A Als de multicopter vanzelf snel of langzaam naar links of rechts beweegt...
drukt u de trimregelaar voor zijwaarts vliegen in de tegenovergestelde richting zo vaak
in, tot de multicopter stil in de lucht hangt.
6B Als de multicopter vanzelf snel of langzaam om zijn as draait...
drukt u de trimknop voor draaien in de tegenovergestelde richting in.
6C Als de multicopter vanzelf snel of langzaam naar voren of naar achteren
beweegt...
drukt u de tegenovergestelde trimregelaar voor achter- of voorwaarts vliegen zo vaak
in, tot de multicopter stil in de lucht hangt.
32 33
Komentarze do niniejszej Instrukcji